Van vet word je niet vet
Gepubliceerd op: 21-01-2016 11:05
Door: Bianca Jutte, diëtist Den Haag
Je lichaam heeft vetten nodig. Als bouwstenen en bescherming van je cellen. Maar ook om je ogen, je hersenen en je spieren goed te laten werken. Vetten zijn de leveranciers van vitamine A, D en E en essentiële vetzuren.
Vroeger werd je vet van vet
Jarenlang werd verteld vet te vermijden. Omdat vet meer calorieen bevat dan eiwit en koolhydraten werd gedacht dat je er dik (en ziek) van werd. De ‘Let op vet’ campagnes waarschuwden voor het gevaarlijke vet. We zijn daarom vet gaan vermijden. Het gevolg hiervan was dat er meer koolhydraten en suikers werden geconsumeerd. Er verschenen ‘light’ producten in de schappen met daarin vaak minder vet maar meer koolhydraten en suikers. Zijn we door het mijden van vet en gebruik van ‘light’ gezonder geworden? Nee. Het aantal mensen met overgewicht en hart- en vaatziekten is alleen maar toegenomen
Waarom je niet vet wordt van vet
De wetenschap is er inmiddels achter dat een vetbeperkt dieet met meer koolhydraten het risico op hart- en vaatziekten zou verhogen. Er komt steeds meer bewijs dat een je door een eetpatroon met wat meer vet helemaal niet aankomt! Neem wel de goede (onverzadigde) vetten. Deze vetten worden door het lichaam gebruikt als energie en niet meteen opgeslagen als vetmassa. Vet is smaakvol en verzadigend, wat helpt om minder te eten. Als je te veel eet wordt je natuurlijk wel dikker. Of het dan koolhydraten, eiwitten of vetten zijn. Alles wat je niet verbrandt, wordt in je lichaam opgeslagen als vetmassa.
Kies de goede vetten!
Vervang zoveel mogelijk de harde (verzadigde) vetten door zachte (onverzadigde) vetten. Transvetten zijn niet goed voor je. Je vindt ze in melk en vlees van koeien en schapen. Dit sluit mooi aan bij het advies om meer plantaardig te eten. Noten, zaden, pitten, olie, avocado zitten vol met deze goede vetten! En natuurlijk vis. Industrieel transvet zit in harde margarine, gebak, koek en snacks. In Nederland is de hoeveelheid industrieel transvet flink verminderd. De gemiddelde Nederlander krijgt er dan ook niet meer te veel van binnen.